Kunstmuseum Den Haag beheert een van de mooiste en meest complete glascollecties van Nederland. Deze verzameling strekt zich uit van glaswerk uit het Romeinse rijk en Islamitische cultuurgebied tot zeventiende- en achttiende-eeuws West-Europees glas, Nederlands glaswerk uit het interbellum en werk van hedendaagse makers. Binnen deze verzameling bevindt zich ook glaskunst uit Tsjecho-Slowakije, tegenwoordig Tsjechië en Slowakije, uit de laatste decennia van de twintigste eeuw.

Drijvende krachten achter dit type glazen objecten zijn kunstenaar-pedagoog Václav Cigler , die in 1965 aan de kunstacademie van Bratislava de afdeling ‘Glas in architectuur’ oprichtte, en de kunstenaar Stanislav Libenský (1921 – 2002), die vanaf 1964 aan het hoofd stond van de glasafdeling van de kunstacademie in Praag. Er ontstond in de twee landen een geheel eigen, optische glaskunst waarbij de effecten van licht optimaal worden benut.

De collectie optisch glas van Kunstmuseum Den Haag is grotendeels gestoeld op de imposante verzameling van wijlen Sam Jonker en Valantine Zaremba die het museum in beheer heeft. Jonker en Zaremba hadden een voorkeur voor het Slowaakse glaswerk met een abstract-geometrische inslag en het werk van Cigler staat in de verzameling centraal.  

Cigler benadert zijn creatieve werk als een onderzoeker. De optische effecten van transparantie en de werking van het licht bieden hem eindeloze mogelijkheden tot modelleren en manipuleren. Van groot belang hierbij is de schoonheid van de precies geconstrueerde, opzichzelfstaande, abstracte vorm. Die vorm nodigt uit om er heel geconcentreerd naar te kijken en op die manier zelf, steeds wisselende, beelden kunt creëren.