Als kunstenaar vindt ze het altijd fijn om nieuwe technieken te leren kennen en met een andere invalshoek weer terug te komen bij eerdere concepten. Hierdoor bleef deze eerste serie een paar jaar in haar hoofd spelen totdat ze zich wijdde aan een vervolg. Nadat ze de naam en levensgeschiedenis van Jane Morris leerde kennen concentreerde ze zich eerst op de fysieke gelijkenissen. Wat ze zag als het grootste verschil, haar haar, werd een onderwerp op zichzelf.  Aan de hand van de kunstwerken, waarvoor zij in de 19e eeuw poseerde, maakte ze de serie ‘Hair as in’. Hiermee introduceerde ze de nieuwe richting in haar werk tijdens een groepstentoonstelling in Amsterdam. 

Ditmaal nam ze de vormentaal van de kapsels als uitgangspunt en gebruikte ze verschillende hardheden potloden om meer ruimtelijkheid en beweging te creĂ«ren in de tekeningen op glad papier. Er ontstonden landschappen. Jane’s haar functioneerde alleen nog als startpunt. 

Een van deze tekeningen leidde tot deelname aan de groepsexpositie ‘Genomineerden Van Ommeren de Voogt Prijs 2018’ en in het bijbehorende artikel ‘Haarzelf’ sloot Klaske Havik af met: ‘De muze verdwijnt langzamerhand uit het beeld en laat ruimte voor andere, nieuwe verhalen. Nieuw, maar verankerd in de zoektocht naar de dubbelganger, naar de zelf, naar de ander. Ze nodigen je uit op zoek te gaan naar het detail en naar wat daarin te lezen valt.’

Een paar maanden later begon ze met de serie ‘Fiber as in’. De structuur van het papier was inmiddels de belangrijkste bron geworden voor het bepalen van het beeld. Met een dun vulpotlood volgde ze de schaduwen van de vezels op het Chinees papier. Hieruit vloeide de volgende stap voort: het scheppen van mijn eigen papier. Daarin liet ze kleine golfjes ontstaan, die ze met potlood of inkt verder uitwerkte. Zo heeft ze gaandeweg het concept van de ander losgelaten en veranderden de golven van Janey’s haar in de golven van haar jeugd, die ze doorbracht aan boord van een boltjalk in Friesland.

Afgelopen zomer is ze de nieuwe serie ‘Water as in’ begonnen, vanuit het verlangen om volledig omgeven te zijn door water. Een stroperige, donkergrijze, glinsterende massa met uitgebeten lichten. De zee als vloeibaar lood. Dit beeld is het uitgangspunt geworden voor een materiaalonderzoek met onder andere grafietpoeder en minuscule glasplaatjes. Op deze manier wil ze graag een authentiek zelfportret laten zien, binnen het kader van haar visuele dubbelbiografie.